Rappeler — Français Néerlandais traduction13 traductions trouvé

rappeler (v) (personne) terugroepen (v) (personne)
rappeler (v) (mémoire) doen terugdenken aan (v) (mémoire)
rappeler (v) (traitement de l'information) terugvinden (n) (v) (traitement de l'information)
rappeler (v) (personne) terugbellen (v) (personne)
rappeler (v) (téléphone) terugroepen (v) (téléphone)
rappeler (v) (faculté mentale) herinneren (v) (faculté mentale)
rappeler (v) (général) terugroepen (v) (général)
rappeler (v) (téléphone) terugbellen (v) (téléphone)
rappeler (v) (produit) terugroepen (v) (produit)
rappeler (v) (mémoire) herinneren (v) (mémoire)
rappeler (v) (général) terugbellen (v) (général)
rappeler (v) (produit) terugbellen (v) (produit)
rappeler (v) (faculté mentale) doen terugdenken aan (v) (faculté mentale)
Rappeler exemples3 exemples trouvés
impossible de rappeler à la mémoire onmogelijk te herinneren
se rappeler zich te binnen brengen
se rappeler voor de geest halen
Traduire Rappeler en d'autres langues
Traduire rappeler en Anglais
Traduire rappeler en Allemand
Traduire rappeler en Italien
Traduire rappeler en Espagnol
Traduire rappeler en Portugais
Traduire rappeler en Slovène
Traduire rappeler en Polonais
Traduire rappeler en Tchèque