échapper — Français Néerlandais traduction16 traductions trouvé

échapper (v) (éluder) ontkomen (v) (éluder)
échapper (v) (danger) ontkomen (v) (danger)
échapper (v) (danger) ontkomen aan (v) (danger)
échapper (v) (éluder) ontsnappen aan (v) (éluder)
échapper (v) (danger) ontspringen aan (v) (danger)
échapper (v) (danger) ontsnappen (v) (danger)
échapper (v) (éluder) ontkomen aan (v) (éluder)
échapper (v) (éluder) ontwijken (n) (v) (éluder)
échapper (v) (danger) ontsnappen aan (v) (danger)
échapper (v) (idée) ontglippen (v) (idée)
échapper (v) (danger) ontwijken (n) (v) (danger)
échapper (v) (éluder) ontsnappen (v) (éluder)
échapper (v) (idée) ontsnappen (v) (idée)
échapper (v) (objet) ontglippen (v) (objet)
échapper (v) (idée) ontgaan (v) (idée)
échapper (v) (éluder) ontspringen aan (v) (éluder)
échapper exemples27 exemples trouvés
ne pas laisser échapper grijpen
laisser échapper eruit flappen
laisser échapper slaken
laisser échapper verklappen
laisser échapper zich laten ontvallen
s'échapper wegkomen
s'échapper weggaan
s'échapper losbreken
s'échapper losbreken
échapper à ontkomen
échapper à ontsnappen
échapper à ontkomen aan
échapper à ontsnappen aan
échapper à ontlopen
échapper à ontspringen aan
échapper à ontspringen aan
échapper à ontsnappen aan
échapper à van zich afschudden
échapper à zien kwijt te raken
échapper à ontlopen
échapper à ontsnappen
échapper à ontkomen aan
échapper à ontkomen
échapper à ontsnappen aan
échapper à l'attention de quelqu'un iemand ontgaan
échapper à l'attention de quelqu'un aan iemands aandacht ontsnappen
échapper à l'attention de quelqu'un aan iemands aandacht ontglippen
Traduire échapper en d'autres langues
Traduire échapper en Anglais
Traduire échapper en Allemand
Traduire échapper en Italien
Traduire échapper en Espagnol
Traduire échapper en Portugais
Traduire échapper en Slovène
Traduire échapper en Polonais
Traduire échapper en Tchèque