tenter
(v)
(attrait)
|
proberen
(v)
(attrait)
|
aient tenté
aies tenté
tente
|
geprobeerd
probeert
proberen
probeerden
probeerde
|
tenter
(v)
(général)
|
aanspreken
(v)
(général)
|
aient tenté
aies tenté
tente
|
aangesproken
spreekt aan
spreken aan
spraken aan
sprak aan
|
tenter
(v)
(attrait)
|
bekoren
(v)
(attrait)
|
aient tenté
aies tenté
tente
|
bekoord
bekoren
bekoort
bekoorde
bekoorden
|
tenter
(v)
(effort)
|
trachten
(v)
(effort)
|
aient tenté
aies tenté
tente
|
getracht
trachten
tracht
trachtte
trachtten
|
tenter
(v)
(tentation)
|
verlokken
(v)
(tentation)
|
aient tenté
aies tenté
tente
|
verlokt
verlokken
verlokt
verlokte
verlokten
|
tenter
(v)
(effort)
|
zich inspannen
(v)
(effort)
|
tenter
(v)
(général)
|
aantrekkelijk zijn voor
(v)
(général)
|
tenter
(v)
(effort)
|
verleiden
(v)
(effort)
|
aient tenté
aies tenté
tente
|
verleid
verleiden
verleidt
verleidden
verleidde
|
tenter
(v)
(attrait)
|
verleiden
(v)
(attrait)
|
aient tenté
aies tenté
tente
|
verleid
verleiden
verleidt
verleidden
verleidde
|
tenter
(v)
(général)
|
gevallen
(v)
(général)
|
aient tenté
aies tenté
tente
|
gevallen
gevallen
gevielen
|
tenter
(v)
(tentation)
|
verleiden
(v)
(tentation)
|
aient tenté
aies tenté
tente
|
verleid
verleiden
verleidt
verleidden
verleidde
|
tenter
(v)
(attrait)
|
zich inspannen
(v)
(attrait)
|
tenter
(v)
(effort)
|
proberen
(v)
(effort)
|
aient tenté
aies tenté
tente
|
geprobeerd
probeert
proberen
probeerden
probeerde
|
tenter
(v)
(effort)
|
bekoren
(v)
(effort)
|
aient tenté
aies tenté
tente
|
bekoord
bekoren
bekoort
bekoorde
bekoorden
|
tenter
(v)
(attrait)
|
pogen
(v)
(attrait)
|
aient tenté
aies tenté
tente
|
gepoogd
poogt
pogen
poogden
poogde
|
tenter
(v)
(tentation)
|
aantrekken
(v)
(tentation)
|
aient tenté
aies tenté
tente
|
aangetrokken
trekken aan
trekt aan
trokken aan
trok aan
|
tenter
(v)
(attrait)
|
trachten
(v)
(attrait)
|
aient tenté
aies tenté
tente
|
getracht
trachten
tracht
trachtte
trachtten
|
tenter
(v)
(effort)
|
pogen
(v)
(effort)
|
aient tenté
aies tenté
tente
|
gepoogd
poogt
pogen
poogden
poogde
|
tenter
(v)
(tentation)
|
lokken
(v)
(tentation)
|
aient tenté
aies tenté
tente
|
gelokt
lokt
lokken
lokten
lokte
|