subir
(v)
(conséquences)
|
lijden
(n)
(v)
(conséquences)
|
aient subi
aies subi
subis
|
geleden
lijden
lijdt
leden
leed
|
subir
(v)
(mal)
|
ondergaan
(v)
(mal)
|
aient subi
aies subi
subis
|
ondergaan
ondergaat
ondergaan
onderging
ondergingen
|
subir
(v)
(problème)
|
doorstaan
(v)
(problème)
|
aient subi
aies subi
subis
|
doorstaan
doorstaan
doorstaat
doorstonden
doorstond
|
subir
(v)
(conséquences)
|
ondergaan
(v)
(conséquences)
|
aient subi
aies subi
subis
|
ondergaan
ondergaat
ondergaan
onderging
ondergingen
|
subir
(v)
(chirurgie)
|
ondergaan
(v)
(chirurgie)
|
aient subi
aies subi
subis
|
ondergaan
ondergaat
ondergaan
onderging
ondergingen
|
subir
(v)
(mal)
|
lijden
(n)
(v)
(mal)
|
aient subi
aies subi
subis
|
geleden
lijden
lijdt
leden
leed
|
subir
(v)
(problème)
|
doormaken
(v)
(problème)
|
aient subi
aies subi
subis
|
doorgemaakt
maken door
maakt door
maakten door
maakte door
|
subir
(v)
(mal)
|
doorstaan
(v)
(mal)
|
aient subi
aies subi
subis
|
doorstaan
doorstaan
doorstaat
doorstonden
doorstond
|
subir
(v)
(mal)
|
oplopen
(v)
(mal)
|
aient subi
aies subi
subis
|
opgelopen
loopt op
lopen op
liep op
liepen op
|
subir
(v)
(problème)
|
meemaken
(v)
(problème)
|
aient subi
aies subi
subis
|
meegemaakt
maken mee
maakt mee
maakte mee
maakten mee
|
subir
(v)
(conséquences)
|
doorstaan
(v)
(conséquences)
|
aient subi
aies subi
subis
|
doorstaan
doorstaan
doorstaat
doorstonden
doorstond
|
subir
(v)
(défaite)
|
oplopen
(v)
(défaite)
|
aient subi
aies subi
subis
|
opgelopen
loopt op
lopen op
liep op
liepen op
|