Serrer — traduction Français Néerlandais. Traduire Serrer en Néerlandais

serrer (v) (main)	stevig vasthouden (v) (main)
serrer (v) (dents)	klemmen (v) (dents)
aient serré aies serré serre	geklemd klemt klemmen klemden klemde
serrer (v) (chaussures)	te strak zitten (v) (chaussures)
serrer (v) (personne)	omvatten (v) (personne)
aient serré aies serré serre	omvat omvat omvatten omvatten omvatte
serrer (v) (général)	aanhalen (v) (général)
aient serré aies serré serre	aangehaald halen aan haalt aan haalde aan haalden aan
serrer (v) (charpenterie)	vastklemmen (n) (v) (charpenterie)
aient serré aies serré serre	vastgeklemd klemt vast klemmen vast klemde vast klemden vast
serrer (v) (objet)	samendrukken (v) (objet)
aient serré aies serré serre	samengedrukt drukt samen drukken samen drukten samen drukte samen
serrer (v) (personne)	omhelzen (v) (personne)
aient serré aies serré serre	omhelsd omhelst omhelzen omhelsden omhelsde
serrer (v) (dents)	op elkaar klemmen (v) (dents)
serrer (v) (chaussures)	knellen (v) (chaussures)
aient serré aies serré serre	gekneld knelt knellen knelden knelde
serrer (v) (objet)	knijpen in (v) (objet)
serrer (v) (poing)	dichtknijpen (v) (poing)
aient serré aies serré serre	dichtgeknepen knijpt dicht knijpen dicht knepen dicht kneep dicht
serrer (v) (tenir)	vasthouden (v) (tenir)
aient serré aies serré serre	vastgehouden houdt vast houden vast hielden vast hield vast
serrer (v) (chaussures)	samendrukken (v) (chaussures)
aient serré aies serré serre	samengedrukt drukt samen drukken samen drukten samen drukte samen
serrer (v) (personne)	omarmen (v) (personne)
aient serré aies serré serre	omarmd omarmen omarmt omarmden omarmde
serrer (v) (dents)	dichtklemmen (v) (dents)
aient serré aies serré serre	dichtgeklemd klemmen dicht klemt dicht klemde dicht klemden dicht
serrer (v) (voile)	oprollen (v) (voile)
aient serré aies serré serre	opgerold rollen op rolt op rolden op rolde op
serrer (v) (objet)	te strak zitten (v) (objet)
serrer (v) (chaussures)	knijpen in (v) (chaussures)
serrer (v) (poing)	samenballen (v) (poing)
aient serré aies serré serre	samengebald ballen samen balt samen balden samen balde samen
serrer (v) (tenir)	vastklemmen (n) (v) (tenir)
aient serré aies serré serre	vastgeklemd klemt vast klemmen vast klemde vast klemden vast
serrer (v) (chaussures)	drukken op (v) (chaussures)
serrer (v) (personne)	tegen zich aan klemmen (v) (personne)
serrer (v) (général)	strak trekken (v) (général)
serrer (v) (tenir)	vastgrijpen (v) (tenir)
aient serré aies serré serre	vastgegrepen grijpt vast grijpen vast grepen vast greep vast
serrer (v) (objet)	knellen (v) (objet)
aient serré aies serré serre	gekneld knelt knellen knelden knelde
serrer (v) (objet)	drukken op (v) (objet)

Serrer exemples21 par exemple trouvé

se serrer	opschuiven
se serrer	opschikken
se serrer dans	zich wringen in
serrer fort	zich vastklampen
serrer fort	zich vasthouden
serrer fort	drukken
serrer fort	stevig vasthouden
serrer les dents	doorbijten
serrer les dents	doorzetten
serrer les dents	voortzetten
serrer les dents	volhouden
serrer les dents	volharden
serrer les dents	aanhouden
serrer longuement	stevig drukken
serrer quelqu'un de près	iemand op de hielen zitten
serrer quelqu'un de près	iemand achtervolgen
serrer à droite	rechts voorsorteren
serrer à gauche	links voorsorteren
serrer étroitement dans ses bras	stevig tegen zich aandrukken
serrer étroitement dans ses bras	tegen zich aan knellen
serrer étroitement dans ses bras	iemand in de armen knellen

Traduire Serrer en d'autres langues

— Traduire serrer en Anglais

— Traduire serrer en Allemand

— Traduire serrer en Italien

— Traduire serrer en Espagnol

— Traduire serrer en Portugais

— Traduire serrer en Slovène

— Traduire serrer en Polonais

— Traduire serrer en Tchèque

Serrer — Français Néerlandais traduction27 traductions trouvé