Marchand — traduction Français Néerlandais. Traduire Marchand en Néerlandais

marchand (m) (n) (commerce - homme)	handelaar (m) (n) (commerce - homme)
marchand (m) (n) (commerce - femme)	handelaarster (f) (n) (commerce - femme)
marchand (m) (n) (commerce - homme)	groothandelaar (m) (n) (commerce - homme)
marchand (m) (n) (commerce - femme)	groothandelaarster (f) (n) (commerce - femme)
marchand (m) (n) (commerce - homme)	dealer (m) (n) (commerce - homme)
marchand (m) (n) (commerce - femme)	koopvrouw (f) (n) (commerce - femme)
marchand (m) (n) (commerce - homme)	kleinhandelaar (m) (n) (commerce - homme)
marchand (m) (n) (commerce - homme)	winkelier (m) (n) (commerce - homme)
marchand (m) (n) (commerce - homme)	koopman (m) (n) (commerce - homme)

Marchand exemples32 exemples trouvés

marchand ambulant	groenteboer
marchand ambulant	groenteman
marchand ambulant	straatventer
marchand ambulant	venter
marchand ambulant	marskramer
marchand ambulant	leurder
marchand de journaux	tijdschriftenverkoper
marchand de journaux	kioskhouder
marchand de journaux	krantenverkoper
marchand de légumes	straatventer
marchand de légumes	marskramer
marchand de légumes	groenteman
marchand de légumes	groenteboer
marchand de poisson	vishandelaar
marchand de poisson	visboer
marchand de sable	zandmannetje
marchand de sable	Klaas Vaak
marchand de tabac	tabakshandelaar
marchand de tissus	handelaar in stoffen
marchand de tissus	manufacturier
marchand de vin	slijterij
marchand de vins et spiritueux	drankslijter
marchand de vins et spiritueux	slijter
marchand de volaille	poelier
marchand en gros	groothandelaar
marchand en gros	handelaar
marchand en gros	koopman
marchand en gros	handelaarster
marchand en gros	groothandelaarster
marchand en gros	koopvrouw
navire marchand	koopvaardijschip
prix marchand	marktprijs

Traduire Marchand en d'autres langues

Marchand — Français Néerlandais traduction9 traductions trouvé