limiter
(v)
(contrôle)
|
omlaag houden
(v)
(contrôle)
|
limiter
(v)
(confiner)
|
beperken
(v)
(confiner)
|
aient limité
aies limité
limite
|
beperkt
beperkt
beperken
beperkte
beperkten
|
limiter
(v)
(délimiter)
|
limiteren
(v)
(délimiter)
|
aient limité
aies limité
limite
|
gelimiteerd
limiteren
limiteert
limiteerden
limiteerde
|
limiter
(v)
(contrôle)
|
laag houden
(v)
(contrôle)
|
limiter
(v)
(confiner)
|
begrenzen
(v)
(confiner)
|
aient limité
aies limité
limite
|
begrensd
begrenzen
begrenst
begrensde
begrensden
|
limiter
(v)
(délimiter)
|
beperken
(v)
(délimiter)
|
aient limité
aies limité
limite
|
beperkt
beperkt
beperken
beperkte
beperkten
|
limiter
(v)
(confiner)
|
afbakenen
(v)
(confiner)
|
aient limité
aies limité
limite
|
afgebakend
bakenen af
bakent af
bakenden af
bakende af
|
limiter
(v)
(confiner)
|
limiteren
(v)
(confiner)
|
aient limité
aies limité
limite
|
gelimiteerd
limiteren
limiteert
limiteerden
limiteerde
|
limiter
(v)
(contrôle)
|
binnen de perken houden
(v)
(contrôle)
|
limiter
(v)
(délimiter)
|
afbakenen
(v)
(délimiter)
|
aient limité
aies limité
limite
|
afgebakend
bakenen af
bakent af
bakenden af
bakende af
|
limiter
(v)
(délimiter)
|
begrenzen
(v)
(délimiter)
|
aient limité
aies limité
limite
|
begrensd
begrenzen
begrenst
begrensde
begrensden
|