Indice — Français Néerlandais traduction10 traductions trouvé

indice (m) (n) (fait) aanduiding (f) (n) (fait)
indice (m) (n) (information) tip (m) (n) (information)
indice (m) (n) (information) waarschuwing (f) (n) (information)
indice (m) (n) (information) aanwijzing (f) (n) (information)
indice (m) (n) (fait) teken (n) (n) (fait)
indice (m) (n) (information) hint (m) (n) (information)
indice (m) (n) (information) wenk (m) (n) (information)
indice (m) (n) (fait) indicatie (f) (n) (fait)
indice (m) (n) (information) vingerwijzing (f) (n) (information)
indice (m) (n) (fait) aanwijzing (f) (n) (fait)
Indice exemples3 exemples trouvés
indice d'écoute waarderingscijfer
indice d'écoute kijkcijfers
indice d'écoute kijkcijfer
Traduire Indice en d'autres langues
Traduire indice en Anglais
Traduire indice en Allemand
Traduire indice en Italien
Traduire indice en Espagnol
Traduire indice en Portugais
Traduire indice en Slovène
Traduire indice en Polonais
Traduire indice en Tchèque