Imiter — traduction Français Néerlandais. Traduire Imiter en Néerlandais

imiter (v) (personne)	navolgen (v) (personne)
aient imité aies imité imite	nagevolgd volgen na volgt na volgden na volgde na
imiter (v) (imitation)	nadoen (v) (imitation)
aient imité aies imité imite	nagedaan doen na doet na deed na deden na
imiter (v) (général)	simuleren (v) (général)
aient imité aies imité imite	gesimuleerd simuleren simuleert simuleerde simuleerden
imiter (v) (général)	naäpen (v) (général)
imiter (v) (méthode)	aannemen (v) (méthode)
aient imité aies imité imite	aangenomen neemt aan nemen aan nam aan namen aan
imiter (v) (général)	nadoen (v) (général)
aient imité aies imité imite	nagedaan doen na doet na deed na deden na
imiter (v) (général)	nabootsen (v) (général)
aient imité aies imité imite	nagebootst bootsen na bootst na bootste na bootsten na
imiter (v) (général)	navolgen (v) (général)
aient imité aies imité imite	nagevolgd volgen na volgt na volgden na volgde na
imiter (v) (conduite)	simuleren (v) (conduite)
aient imité aies imité imite	gesimuleerd simuleren simuleert simuleerde simuleerden
imiter (v) (imitation)	simuleren (v) (imitation)
aient imité aies imité imite	gesimuleerd simuleren simuleert simuleerde simuleerden
imiter (v) (conduite)	naäpen (v) (conduite)
imiter (v) (méthode)	adopteren (v) (méthode)
aient imité aies imité imite	geadopteerd adopteren adopteert adopteerde adopteerden
imiter (v) (général)	imiteren (v) (général)
aient imité aies imité imite	geïmiteerd imiteert imiteren imiteerden imiteerde
imiter (v) (conduite)	nadoen (v) (conduite)
aient imité aies imité imite	nagedaan doen na doet na deed na deden na
imiter (v) (personne)	nadoen (v) (personne)
aient imité aies imité imite	nagedaan doen na doet na deed na deden na
imiter (v) (personne)	nabootsen (v) (personne)
aient imité aies imité imite	nagebootst bootsen na bootst na bootste na bootsten na
imiter (v) (conduite)	nabootsen (v) (conduite)
aient imité aies imité imite	nagebootst bootsen na bootst na bootste na bootsten na
imiter (v) (personne)	naäpen (v) (personne)
imiter (v) (méthode)	overnemen (v) (méthode)
aient imité aies imité imite	overgenomen nemen over neemt over namen over nam over
imiter (v) (imitation)	nabootsen (v) (imitation)
aient imité aies imité imite	nagebootst bootsen na bootst na bootste na bootsten na
imiter (v) (conduite)	imiteren (v) (conduite)
aient imité aies imité imite	geïmiteerd imiteert imiteren imiteerden imiteerde
imiter (v) (personne)	imiteren (v) (personne)
aient imité aies imité imite	geïmiteerd imiteert imiteren imiteerden imiteerde
imiter (v) (conduite)	navolgen (v) (conduite)
aient imité aies imité imite	nagevolgd volgen na volgt na volgden na volgde na
imiter (v) (imitation)	imiteren (v) (imitation)
aient imité aies imité imite	geïmiteerd imiteert imiteren imiteerden imiteerde

Traduire Imiter en d'autres langues

— Traduire imiter en Anglais

— Traduire imiter en Allemand

— Traduire imiter en Italien

— Traduire imiter en Espagnol

— Traduire imiter en Portugais

— Traduire imiter en Slovène

— Traduire imiter en Polonais

— Traduire imiter en Tchèque

Imiter — Français Néerlandais traduction24 traductions trouvé