Encourager — traduction Français Néerlandais. Traduire Encourager en Néerlandais

encourager (v) (amitié)	aanmoedigen (v) (amitié)
aient encouragé aies encouragé encourage	aangemoedigd moedigen aan moedigt aan moedigden aan moedigde aan
encourager (v) (travail)	aansporen (v) (travail)
aient encouragé aies encouragé encourage	aangespoord spoort aan sporen aan spoorde aan spoorden aan
encourager (v) (personne)	aansporen (v) (personne)
aient encouragé aies encouragé encourage	aangespoord spoort aan sporen aan spoorde aan spoorden aan
encourager (v) (espoir)	steunen (v) (espoir)
aient encouragé aies encouragé encourage	gesteund steunt steunen steunde steunden
encourager (v) (personne)	ophitsen (v) (personne)
aient encouragé aies encouragé encourage	opgehitst hitst op hitsen op hitste op hitsten op
encourager (v) (résultat)	stimuleren (v) (résultat)
aient encouragé aies encouragé encourage	gestimuleerd stimuleert stimuleren stimuleerde stimuleerden
encourager (v) (espoir)	bemoedigen (v) (espoir)
aient encouragé aies encouragé encourage	bemoedigd bemoedigt bemoedigen bemoedigde bemoedigden
encourager (v) (stimuler)	opbeuren (v) (stimuler)
aient encouragé aies encouragé encourage	opgebeurd beurt op beuren op beurden op beurde op
encourager (v) (espoir)	moed geven (v) (espoir)
encourager (v) (approbation)	opbeuren (v) (approbation)
aient encouragé aies encouragé encourage	opgebeurd beurt op beuren op beurden op beurde op
encourager (v) (commerce)	aanmoedigen (v) (commerce)
aient encouragé aies encouragé encourage	aangemoedigd moedigen aan moedigt aan moedigden aan moedigde aan
encourager (v) (approbation)	aansporen (v) (approbation)
aient encouragé aies encouragé encourage	aangespoord spoort aan sporen aan spoorde aan spoorden aan
encourager (v) (personne)	aanzetten (v) (personne)
aient encouragé aies encouragé encourage	aangezet zetten aan zet aan zette aan zetten aan
encourager (v) (amitié)	in de hand werken (v) (amitié)
encourager (v) (personne)	aanstoken (v) (personne)
aient encouragé aies encouragé encourage	aangestookt stookt aan stoken aan stookte aan stookten aan
encourager (v) (commerce)	in de hand werken (v) (commerce)
encourager (v) (résultat)	aanmoedigen (v) (résultat)
aient encouragé aies encouragé encourage	aangemoedigd moedigen aan moedigt aan moedigden aan moedigde aan
encourager (v) (approbation)	steunen (v) (approbation)
aient encouragé aies encouragé encourage	gesteund steunt steunen steunde steunden
encourager (v) (exhorter)	aansporen (v) (exhorter)
aient encouragé aies encouragé encourage	aangespoord spoort aan sporen aan spoorde aan spoorden aan
encourager (v) (approbation)	moed geven (v) (approbation)
encourager (v) (commerce)	stimuleren (v) (commerce)
aient encouragé aies encouragé encourage	gestimuleerd stimuleert stimuleren stimuleerde stimuleerden
encourager (v) (travail)	steunen (v) (travail)
aient encouragé aies encouragé encourage	gesteund steunt steunen steunde steunden
encourager (v) (approbation)	aanmoedigen (v) (approbation)
aient encouragé aies encouragé encourage	aangemoedigd moedigen aan moedigt aan moedigden aan moedigde aan
encourager (v) (résultat)	bevorderen (v) (résultat)
aient encouragé aies encouragé encourage	bevorderd bevorderen bevordert bevorderden bevorderde
encourager (v) (personne)	opstoken (v) (personne)
aient encouragé aies encouragé encourage	opgestookt stookt op stoken op stookten op stookte op
encourager (v) (amitié)	bevorderen (v) (amitié)
aient encouragé aies encouragé encourage	bevorderd bevorderen bevordert bevorderden bevorderde
encourager (v) (commerce)	bevorderen (v) (commerce)
aient encouragé aies encouragé encourage	bevorderd bevorderen bevordert bevorderden bevorderde
encourager (v) (travail)	aanmoedigen (v) (travail)
aient encouragé aies encouragé encourage	aangemoedigd moedigen aan moedigt aan moedigden aan moedigde aan
encourager (v) (exhorter)	aanzetten (v) (exhorter)
aient encouragé aies encouragé encourage	aangezet zetten aan zet aan zette aan zetten aan
encourager (v) (espoir)	aanmoedigen (v) (espoir)
aient encouragé aies encouragé encourage	aangemoedigd moedigen aan moedigt aan moedigden aan moedigde aan
encourager (v) (stimuler)	moed geven (v) (stimuler)
encourager (v) (amitié)	stimuleren (v) (amitié)
aient encouragé aies encouragé encourage	gestimuleerd stimuleert stimuleren stimuleerde stimuleerden
encourager (v) (espoir)	opbeuren (v) (espoir)
aient encouragé aies encouragé encourage	opgebeurd beurt op beuren op beurden op beurde op
encourager (v) (stimuler)	bemoedigen (v) (stimuler)
aient encouragé aies encouragé encourage	bemoedigd bemoedigt bemoedigen bemoedigde bemoedigden
encourager (v) (exhorter)	aanmanen (v) (exhorter)
aient encouragé aies encouragé encourage	aangemaand maant aan manen aan maanden aan maande aan
encourager (v) (résultat)	in de hand werken (v) (résultat)
encourager (v) (approbation)	bemoedigen (v) (approbation)
aient encouragé aies encouragé encourage	bemoedigd bemoedigt bemoedigen bemoedigde bemoedigden

Traduire Encourager en d'autres langues

— Traduire encourager en Anglais

— Traduire encourager en Allemand

— Traduire encourager en Italien

— Traduire encourager en Espagnol

— Traduire encourager en Portugais

— Traduire encourager en Slovène

— Traduire encourager en Polonais

— Traduire encourager en Tchèque

Encourager — Français Néerlandais traduction37 traductions trouvé