Commerce — Français Néerlandais traduction10 traductions trouvé

commerce (m) (n) (magasin) zaak (m) (n) (magasin)
commerce (m) (n) (général) zaken (f) (n) (général)
commerce (m) (n) (magasin) zaken (f) (n) (magasin)
commerce (m) (n) (général) zaak (m) (n) (général)
commerce (m) (n) (général) handel (m) (n) (général)
commerce (m) (n) (compagnie) zaken (f) (n) (compagnie)
commerce (m) (n) (compagnie) branche (m) (n) (compagnie)
commerce (m) (n) (compagnie) handel (m) (n) (compagnie)
commerce (m) (n) (compagnie) bedrijfstak (m) (n) (compagnie)
commerce (m) (n) (magasin) handel (m) (n) (magasin)
Commerce exemples27 exemples trouvés
chambre de commerce kamer van koophandel
marque de commerce handelsmerk
navire de commerce koopvaardijschip
navire de commerce stoomschip
représentant de commerce vertegenwoordiger
représentant de commerce handelsvertegenwoordiger
représentante de commerce vertegenwoordigster
représentante de commerce handelsvertegenwoordigster
voyageur de commerce handelsreizigster
voyageur de commerce handelsreizigster
voyageur de commerce handelsreiziger
voyageur de commerce handelsreiziger
balance du commerce handelsbalans
commerce de détail detailhandel
commerce des devises monetaire handel met het buitenland
commerce des esclaves slavenhandel
de commerce commercieel
de commerce handels-
de commerce bedrijfs-
faire commerce avec zaken doen met
faire commerce avec handelen met
faire commerce de verhandelen
faire commerce de handelen in
faire du commerce zaken doen
faire du commerce handelen
faire du commerce handel drijven
faire un gros commerce gouden zaken doen
Traduire Commerce en d'autres langues
Traduire commerce en Anglais
Traduire commerce en Allemand
Traduire commerce en Italien
Traduire commerce en Espagnol
Traduire commerce en Portugais
Traduire commerce en Slovène
Traduire commerce en Polonais
Traduire commerce en Tchèque