Cacher — Français Néerlandais traduction60 traductions trouvé

cacher (v) (vérité) verbergen (n) (v) (vérité)
cacher (v) (objets) verhullen (v) (objets)
cacher (v) (soleil) buitenhouden (v) (soleil)
cacher (v) (vérité) verzwijgen (v) (vérité)
cacher (v) (objets) verstoppen (n) (v) (objets)
cacher (v) (objets) geheimhouden (v) (objets)
cacher (v) (faits) verstoppen (n) (v) (faits)
cacher (v) (sentiments) verbergen (n) (v) (sentiments)
cacher (v) (vérité) verdoezelen (v) (vérité)
cacher (v) (faits) verbergen (n) (v) (faits)
cacher (v) (sentiments) verhullen (v) (sentiments)
cacher (v) (sentiments) verstoppen (n) (v) (sentiments)
cacher (v) (vue) verbergen (n) (v) (vue)
cacher (v) (vue) wegstoppen (v) (vue)
cacher (v) (sentiments) achterhouden (n) (v) (sentiments)
cacher (v) (vue) achterhouden (n) (v) (vue)
cacher (v) (information) verzwijgen (v) (information)
cacher (v) (vérité) verhelen (v) (vérité)
cacher (v) (information) achterhouden (n) (v) (information)
cacher (v) (faits) verhelen (v) (faits)
cacher (v) (sentiments) versluieren (v) (sentiments)
cacher (v) (vue) maskeren (v) (vue)
cacher (v) (objets) achterhouden (n) (v) (objets)
cacher (v) (faits) wegmoffelen (v) (faits)
cacher (v) (vue) verhelen (v) (vue)
cacher (v) (vérité) onthouden (v) (vérité)
cacher (v) (vérité) geheimhouden (v) (vérité)
cacher (v) (sentiments) maskeren (v) (sentiments)
cacher (v) (objets) wegmoffelen (v) (objets)
cacher (v) (faits) aan het gezicht onttrekken (v) (faits)
cacher (v) (vue) verstoppen (n) (v) (vue)
cacher (v) (objets) verhelen (v) (objets)
cacher (v) (vue) geheimhouden (v) (vue)
cacher (v) (faits) verhullen (v) (faits)
cacher (v) (vérité) achterhouden (n) (v) (vérité)
cacher (v) (information) verhelen (v) (information)
cacher (v) (faits) achterhouden (n) (v) (faits)
cacher (v) (sentiments) verhelen (v) (sentiments)
cacher (v) (vue) verhullen (v) (vue)
cacher (v) (objets) verbergen (n) (v) (objets)
cacher (v) (faits) wegstoppen (v) (faits)
cacher (v) (faits) versluieren (v) (faits)
cacher (v) (faits) onthouden (v) (faits)
cacher (v) (faits) verzwijgen (v) (faits)
cacher (v) (objets) maskeren (v) (objets)
cacher (v) (sentiments) wegstoppen (v) (sentiments)
cacher (v) (vue) aan het gezicht onttrekken (v) (vue)
cacher (v) (objets) wegstoppen (v) (objets)
cacher (v) (objets) versluieren (v) (objets)
cacher (v) (faits) maskeren (v) (faits)
cacher (v) (sentiments) aan het gezicht onttrekken (v) (sentiments)
cacher (v) (information) onthouden (v) (information)
cacher (v) (faits) geheimhouden (v) (faits)
cacher (v) (information) geheimhouden (v) (information)
cacher (v) (sentiments) wegmoffelen (v) (sentiments)
cacher (v) (objets) aan het gezicht onttrekken (v) (objets)
cacher (v) (vue) wegmoffelen (v) (vue)
cacher (v) (sentiments) geheimhouden (v) (sentiments)
cacher (v) (vue) versluieren (v) (vue)
cacher (v) (information) verbergen (n) (v) (information)
Cacher exemples14 exemples trouvés
acte de cacher verberging
acte de cacher verbergen
acte de cacher verstoppen
cacher derrière un paravent afschermen
cacher derrière un écran afschermen
cacher à verborgen houden voor
se cacher zich verborgen houden
se cacher zich verstoppen
se cacher zich schuilhouden
se cacher zich schuilhouden
se cacher op de loer liggen
se cacher uit het gezicht blijven
se cacher derrière steken achter
se cacher derrière liggen achter
Traduire Cacher en d'autres langues
Traduire cacher en Anglais
Traduire cacher en Allemand
Traduire cacher en Italien
Traduire cacher en Espagnol
Traduire cacher en Portugais
Traduire cacher en Slovène
Traduire cacher en Polonais
Traduire cacher en Tchèque