Amplifier — Français Néerlandais traduction18 traductions trouvé

amplifier (v) (général) verbreden (v) (général)
amplifier (v) (général) verwijden (v) (général)
amplifier (v) (histoire) dramatiseren (v) (histoire)
amplifier (v) (électronique) vermeerderen (v) (électronique)
amplifier (v) (général) verhogen (v) (général)
amplifier (v) (général) versterken (v) (général)
amplifier (v) (général) uitbreiden (v) (général)
amplifier (v) (histoire) overdrijven (n) (v) (histoire)
amplifier (v) (électronique) vergroten (v) (électronique)
amplifier (v) (général) vermeerderen (v) (général)
amplifier (v) (général) verdubbelen (v) (général)
amplifier (v) (électronique) verhogen (v) (électronique)
amplifier (v) (histoire) chargeren (v) (histoire)
amplifier (v) (électronique) versterken (v) (électronique)
amplifier (v) (histoire) aandikken (v) (histoire)
amplifier (v) (général) vergroten (v) (général)
amplifier (v) (électronique) verdubbelen (v) (électronique)
amplifier (v) (histoire) te sterk stellen (v) (histoire)
Traduire Amplifier en d'autres langues
Traduire amplifier en Anglais
Traduire amplifier en Allemand
Traduire amplifier en Italien
Traduire amplifier en Espagnol
Traduire amplifier en Portugais
Traduire amplifier en Slovène
Traduire amplifier en Polonais
Traduire amplifier en Tchèque